Webinar on demand:
- U krijgt onmiddellijk na inschrijving toegang tot de webinar (u vindt deze terug in uw 'Account'), de factuur volgt later
- Bekijk deze opname op uw eigen tempo - waar, wanneer en zo vaak u wilt tot 3 maanden na inschrijving
- Inclusief slides en uitgebreide cursus
- Video en audio van topkwaliteit
- KMO portefeuille
U kan deze opleiding ook aankopen via ons 'voordeelpakket' - 5 webinars on demand naar keuze voor €395 (excl. btw)
Personen die geen bestuurder in een vennootschap zijn worden soms door de wetgever of de rechter toch behandeld alsof ze een bestuurdersmandaat uitoefenen. Dit zijn de zogeheten ‘feitelijke bestuurders’. Het belang van dergelijke kwalificatie is groot: niet alleen in het vennootschapsrecht, maar ook in het fiscaal recht en het faillissementsrecht.
Tijdens deze webinar wordt daarom een praktijkgerichte analyse gegeven van het begrip ‘feitelijke bestuurder’ en dit aan de hand van heel wat relevante rechtspraak. Er worden ook heel wat tips gegeven om te vermijden dat men als ‘feitelijke bestuurder’ gekwalificeerd kan worden, met alle gevolgen van dien.
DOCENT
- Prof. dr. Niels Appermont, hoofddocent UHasselt
DATUM OPNAME
- 24/11/2022
PROGRAMMA
- 24/11/2022
PROGRAMMA
Begripsbepaling
- De fiscaalrechtelijke oorsprong
- Nadien binnengeloodst in het insolventierecht/vennootschapsrecht: diverse formuleringen, maar nergens sprake van concept “feitelijke bestuurder” in de wet
- De consensus over de 3 voorwaarden voor kwalificatie als ‘feitelijk bestuurder’
Functie(s)
- In essentie een ‘antimisbruikmechanisme’
- ‘Substance over form’ in het vennootschapsrecht
- Vooral ten behoeve van (insolventie)aansprakelijkheid van bestuurders
Feitelijke bestuurders in het WVV
- Situatie voorafgaand aan het WVV
-
Situatie onder het WVV
- de notie ‘feitelijke bestuurder’ in de artt. 2:56, lid 1 WVV en 2:143 WVV
- eerste vraag: wanneer art. 2:56 WVV toepassen?
- tweede vraag: marginale toetsing?
- derde vraag: hoofdelijke aansprakelijkheid?
- vierde vraag: wat met schendingen van de statuten en het WVV?
- vijfde vraag: toepassing cap?
- zesde vraag: de toepassing van art. 2:58 WVV
- zevende vraag: het afdwingen van aansprakelijkheid
- Verjaring en bevoegdheid
- Artt. 1382 – 1383 oud BW als ‘veilige haven’ ?
Enkele bijzondere toepassingsgevallen
- Kredietverleners
- Meerderheidsaandeelhouders
- Familiale vennootschappen
- Adviseurs en zelfstand