27/04/15

De Kamer Legt De Loonnorm Vast

In een notendop :

De regering Michel I gaat verder in haar inspanningen om de loonhandicap voor Belgische ondernemingen weg te werken.

Naast de indexsprong, zal zij nu ook de loonnorm voor de jaren 2015 en 2016 vastleggen. Voor het jaar 2015 kan de loonkost in principe niet stijgen, voor het jaar 2016 wordt slechts een zeer beperkte marge voorzien.

Een wetsontwerp hieromtrent werd goedgekeurd op 23 april.


1.
Een van de doelstellingen van de regering Michel I betreft de loonhandicap voor de Belgische ondernemingen weg te werken, met het oog op het verhogen van de tewerkstellingsgraad. Daarbij heeft de regering reeds op 13 maart 2015 het wetsontwerp met betrekking tot de indexsprong neergelegd in de Kamer (zie onze nieuwsbrief van 26 maart 2015). Dit wetsontwerp werd op 22 april goedgekeurd.

Daarnaast heeft de Kamer op 23 april tevens een wetsontwerp goedgekeurd dat de maximale marge van de loonkostenontwikkeling ("loonnorm") vastlegt voor de jaren 2015 en 2016.

2.
De loonnorm betreft de gemiddelde loonkost per werknemer voor bedrijven in de privésector, op basis van de verschillende loonselementen, sociale lasten, enz. Een aantal elementen wordt evenwel uitgesloten, zoals winstdeelnemingen en innovatiepremies.

Het kader van deze loonnorm is vastgelegd in de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen ("Loonnormwet"). Om de 2 jaar stelt de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven een rapport op waarbij de loonkostontwikkeling wordt vergeleken met de buurlanden Duitsland, Frankrijk en Nederland. Op basis van dit verslag dienen de sociale partners de loonnorm telkens voor 2 jaar te bepalen in het kader van de onderhandelingen over het interprofessioneel akkoord.

Bij gebreke aan akkoord tussen de sociale partners, ligt de bal terug in het kamp van de regering. In principe bepaalt de regering dan via koninklijk besluit deze loonnorm. Voor de jaren 2015 en 2016 zal dit echter bij wet gebeuren.

Het wetsontwerp in dit verband werd goedgekeurd op 23 april 2015. De nieuwe wet legt voor wat betreft het jaar 2015 de loonnorm vast op 0 % en voor wat betreft het jaar 2016 op 0,5 % van de "brutoloonmassa". Bovendien mag, voor het jaar 2016, de maximale marge voor de loonkostenontwikkeling worden verhoogd met 0,3 % van de loonmassa in netto zonder evenwel dat dit bijkomende kosten voor de werkgever met zich meebrengt. Met andere woorden, er mag een verhoging van de loonmassa plaatsvinden door bepaalde loonselementen te optimaliseren, zonder dat de totale loonkost stijgt.

De verdere uitwerking gebeurt opnieuw door de sociale partners. Zij hebben daarbij reeds voorgesteld om de nominale waarde van de maaltijdcheques verder te verhogen van 7 EUR tot 8 EUR ("akkoord van acht")

In principe houdt de loonnorm geen rekening met de loonindexering en de baremieke loonsverhogingen. Een loonsverhoging op deze basis is nog steeds mogelijk, al zal er gelet op de nakende indexsprong, geen loonindexering meer plaatsvinden in de nabije toekomst (zie onze nieuwsbrief d.d. 26 maart 2015).

3.
De aldus vastgestelde loonnorm mag niet worden overschreden door overeenkomsten op intersectoraal en sectoraal niveau, maar evenmin op bedrijfs- en individueel niveau. Sectorale cao's die de loonnorm niet respecteren, zullen aldus niet algemeen verbindend verklaard worden door de Koning.

Ook binnen ondernemingen dient de loonnorm in principe te worden gerespecteerd. Daarbij stelt zich wel de vraag in welke mate dit effectief zal worden nagegaan of worden afgedwongen.

Het regeerakkoord van de regering Michel voorzag trouwens dat de Loonnormwet zou worden aangepast teneinde het toezicht op de loonnorm te verstrengen. Tot heden is dit echter nog niet gebeurd.

dotted_texture