16/10/12

Gesplitste aankoop maakt fiscaal misbruik uit

Door het nieuwe artikel 344 §2 WIB heeft de regering Di Rupo de fiscale antimisbruikbepa-ling aangepast.

Deze regelt de bewijslast als volgt: van zodra de fiscus fiscaal misbruik kan aantonen, moet de belastingplichtige bewijzen dat de constructie niet uitsluitend tot doel heeft om belastingen te ontwijken en dient een ander rechtmatig financieel of economisch motief aan te tonen.

De nieuwe wet maakt sommige bestaande planningstechnieken niet onmogelijk, maar spreekt van fiscaal misbruik wanneer deze uitsluitend op fiscale motieven zijn gesteund.

De Programmawet deed veel stof opwaaien vermits het onduidelijk was welke technieken van successieplanning de fiscus vooral zou viseren vanaf 1 juni 2012. De vraag was of handgiften, vruchtgebruikconstructies, sterfhuisconstructies, sterfbedschenkingen, … e.d. nog mogelijk waren. De circulaire van 19 juli 2012 heeft dit verduidelijkt en maakt een on-derscheid tussen aanvaardbare en onaanvaardbare technieken die als fiscaal misbruik worden aanzien op het vlak van de registratie- en successierechten.

Eén van de constructies die de circulaire aanhaalt is die van de gesplitste aankoop.

Voor de fiscus zal zo’n aankoop, voorafgegaan door een schenking en met eenheid van opzet, voortaan fiscaal misbruik uitmaken. De techniek wordt vaak gebruikt door ouders die tot de aankoop van een onroerend goed overgaan en in deze transactie hun kinderen, de toekomstige erfgenamen, willen betrekken. De ouders kopen het levenslange vrucht-gebruik en de kinderen de blote eigendom, waarvoor ze eerst de financiële middelen ont-vangen via een schenking vanwege de ouders. Op de dag van het overlijden van de langstlevende ouder dooft het vruchtgebruik automatisch uit en vervoegt het de blote ei-gendom. De blote eigenaars (kinderen) worden zodoende door dit overlijden uit kracht van de wet volle eigenaar. Op manier moesten de kinderen geen successierechten betalen, om de eenvoudige reden dat er niets wordt geërfd; het vruchtgebruik valt namelijk gewoon weg en verdwijnt.
Dat die populaire techniek van successieplanning voortaan op de zwarte lijst van de fiscus staat, betekent dat gesplitste aankopen van vastgoed die zijn voltrokken sinds 1 juni 2012 in principe worden belast alsof de volle eigendom altijd in het vermogen van de ouders heeft gezeten. Enkel wie kan bewijzen dat de gesplitste aankoop niet enkel om fiscale re-denen is gebeurd, komt er nog mee weg.

Een andere constructies die de circulaire aanhaalt is deze van het duo-legaat.

Bij een duo-legaat legateert de overledene een bepaald deel van zijn nalatenschap aan een vereniging (meestal een VZW) of stichting die belast wordt aan een verlaagd tarief met als last de successierechten te betalen verschuldigd door de andere erfopvol-gers (die onderhevig zijn aan een hoger en progressief tarief).

De circulaire geeft groen licht aan deze techniek, mits deze resulteert in een substantiële netto-bevoordeling van de vereniging. Er moet met andere woorden voldoende inzitten voor de VZW. Een onbeduidende of zelfs onbestaande netto-bevoordeling van de vereni-ging dient volgens de brief te worden beschouwd als louter ingegeven uit fiscale bedoelin-gen en moet als fiscaal misbruik worden bestempeld.

Wat dit “substantieel voordeel” inhoudt is vrij voor interpretatie en zal vermoedeljk aanlei-ding geven tot geschillen tussen de belastingadministratie en de burgers.

Dit besluit komt niet als een donderslag bij heldere hemel.

De laatste tijd heerste er onder de ontvangers van de fiscus nogal wat frustratie over de toepassing van het duo-legaat.

Zo argumenteerden sommigen reeds dat het deel van het bijzonder legaat waarmee de verenigingen hun last voldoen, toch aan het hoge successietarief belast moest worden, ondanks de tekst van artikel 64, ten tweede, Wb. Succ.

Het toelaten van het duo-legaat past binnen de wens van de wetgever om de verenigingen vooruit te helpen, zij het binnen bepaalde grenzen.

De fiscale rechtspraak zal deze principes toetsen en verduidelijken.

dotted_texture