21/03/19

De grote lijnen van het ontwerp van het interprofessioneel akkoord 2019-2020 zijn bekend

Het ontwerpakkoord van het interprofessioneel akkoord (IPA) voorziet onder meer in een stijging van de (minimum)lonen, maatregelen rond groene mobiliteit en een progressieve stijging van de leeftijdsvoorwaarde voor het SWT.

Context

Om de twee jaar sluiten de vertegenwoordigers van de sociale partners uit de privésector (de “Groep van 10”) een interprofessioneel akkoord. Het betreft een kaderakkoord, waarvan de maatregelen vervolgens verder worden uitgewerkt via cao’s of de wetgeving.

De krachtlijnen van het IPA voor de periode 2019-2020 zijn de volgende:

1. Stijging van (minimum)lonen

De lonen zouden in de periode 2019-2020 maximaal met 1,1% mogen stijgen, bovenop de index. De manier waarop de lonen effectief kunnen stijgen:

  • moet nog worden vastgelegd bij algemeen verbindend verklaarde cao;
  • moet daarnaast uitgewerkt worden op sectoraal- en/of ondernemingsniveau, rekening houdend met de specifieke economische situatie van de sector of de onderneming, het behoud en de creatie van de tewerkstelling en de concurrentiekracht.

Op 1 juli 2019 worden de minimumlonen opgetrokken met 1,1%. Bovendien wordt een werkgroep opgericht die voorstellen zal formuleren om het gewaarborgd gemiddeld minimum maandinkomen (GGMMI) aanzienlijk te verhogen.

2. Groenere mobiliteit

De sociale partners willen de keuze voor het openbaar vervoer en alternatieve vervoersvormen stimuleren.

Zo zal de werkgeverstussenkomst in abonnementen voor openbaar vervoer vanaf 1 juli 2019 stijgen van 64% naar 70% (cao nr. 19octies). De minimale afstandsvoorwaarde van 5 km tussen het woon- en werkverkeer wordt vanaf 1 juli 2020 afgeschaft.

3. Verhoging aantal vrijwillige overuren

Momenteel kan een werknemer tot 100 vrijwillige overuren per jaar presteren. Het aantal vrijwillige overuren op jaarbasis wordt verhoogd naar 120. De sectoren kunnen ook beslissen om dit aantal tot 360 uren per jaar te verhogen.

4. Artikel 39terArbeidsovereenkomstenwet

Artikel 39tervan de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 voorziet dat in geval van ontslag door de werkgever met een opzeggingstermijn of -vergoeding van minstens 30 weken, het ontslagpakket bestaat uit:

  • een te presteren opzeggingstermijn of een opzeggingsvergoeding (2/3 van het ontslagpakket);
  • maatregelen die de inzetbaarheid van de werknemer op de arbeidsmarkt verhogen (1/3 van het ontslagpakket).

In geen geval kan dit systeem leiden tot een opzegging van minder dan 26 weken.

De sociale partners zullen tegen 30 september 2019 een interprofessionele regeling uitwerken om een alternatieve oplossing te vinden voor het aanwenden van een deel van de ontslagvergoeding.

5. Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT)

Het regeerakkoord van de regering Michel voorzag dat vanaf 2017 niemand jonger dan 60 nog kon genieten van het SWT-regime. De sociale partners wijken hiervan af door de volgende leeftijden voor te stellen:

  • Zware beroepen: behoud van 59 jaar tot 30 juni 2021 en 60 jaar vanaf 1 juli 2021
  • Lange loopbaan: behoud van 59 jaar tot 31 december 2020 en 60 jaar vanaf 1 januari 2021
  • Bedrijven in moeilijkheden en in herstructurering: optrekking naar 58 jaar tot 30 december 2019, 59 jaar tot 30 december 2020 en 60 jaar vanaf 31 december 2020

Wat te onthouden?

Het IPA voor de periode 2019-2020 voorziet belangrijke maatregelen voor zowel de werkgevers als de werknemers.

Het IPA zal definitief zijn wanneer de sociale partners de goedkeuring over het ontwerp krijgen van hun leden. De maatregelen moeten nadien uitgewerkt worden via cao's en KB’s.

Bron: Ontwerp interprofessioneel akkoord van 26 februari 2019, gesloten in de Groep van 10.

dotted_texture