05/05/17

Schenking van delen in een burgerlijke maatschap met voorbehoud van vruchtgebruik vanaf 1 juni 2017 onderworpen aan erfbelast…

In onze nieuwsbrief dd. 13 april 2016 hebben wij u bericht dat de Vlaamse Belastingdienst (hierna “Vlabel”) op basis van het standpunt dd. 21 maart 2016 de gesplitste inschrijvingen van effecten en geldbeleggingen, gedaan vanaf 1 juni 2016, aan erfbelasting zal onderwerpen indien geen schenkbelasting werd betaald. Het standpunt van 21 maart 2016 betrof een uitbreiding van een eerder standpunt inzake gesplitste aankoop.

Op 26 april 2017 heeft Vlabel het standpunt opnieuw uitgebreid. Vanaf 1 juni 2017 zal ook de gesplitste inschrijving van delen in een burgerlijke maatschap aan erfbelasting worden onderworpen indien geen schenkbelasting werd betaald.

1 - Vlaamse Codex Fiscaliteit – Gesplitste aankoop / inschrijving

Op grond van artikel 2.7.1.0.7. Vlaamse Codex Fiscaliteit (hierna “V.C.F.”) worden de roerende en de onroerende goederen die gesplitst worden aangekocht in principe voor de waarde van de volle eigendom aan erfbelasting onderworpen bij overlijden van de vruchtgebruiker. Hetzelfde geldt ook voor effecten en geldbeleggingen die gesplitst worden ingeschreven.

Artikel 2.7.1.0.7. V.C.F. beoogt volgende situatie:

  1. In een eerste fase worden fondsen geschonken;
  2. Vervolgens wordt overgegaan tot een gesplitste aankoop: de schenkers kopen het vruchtgebruik van het beoogde goed, de begiftigden kopen de blote eigendom.

Ingevolge artikel 2.7.1.0.7 V.C.F. wordt het gesplitst aangekochte goed volledig tot de nalatenschap van de vruchtgebruiker gerekend, waardoor in principe erfbelasting is verschuldigd over de volle waarde. De begiftigde – blote eigenaar wordt verondersteld een legaat te verkrijgen uit de nalatenschap van de schenker – vruchtgebruiker.

Artikel 2.7.1.0.7 V.C.F. is niet van toepassing (o.a.) indien kan worden bewezen dat de verkrijging geen bedekte bevoordeling uitmaakt in hoofde van de begunstigde – blote eigenaar.

2 - Standpunt gesplitste aankoop

In eerdere standpunten omtrent de gesplitste aankoop heeft Vlabel aangegeven dat de bedekte bevoordeling kan worden weerlegd indien volgend tegenbewijs kan worden geleverd:

  1. De begunstigde van de voorafgaandelijke schenking heeft vrij over de geschonken fondsen kunnen beschikken, i.e. de fondsen waren niet specifiek bestemd voor de financiering van de blote eigendom; OF
  2. De voorafgaande schenking werd voor de gesplitste aankoop onderworpen aan schenkbelasting.

Er zal bijgevolg toch geen erfbelasting verschuldigd zijn over het gesplitst aangekochte goed, indien voormeld tegenbewijs kan worden geleverd.

3 - Standpunt gesplitste inschrijving van effecten of geldbeleggingen

Ingevolge een standpunt van 21 maart 2016 stelt Vlabel dat het tegenbewijs voor de gesplitste inschrijving van effecten en geldbeleggingen op dezelfde wijze kan worden geleverd als voor de gesplitste aankoop. Het standpunt werd van toepassing verklaard op gesplitste inschrijvingen gedaan vanaf 1 juni 2016.

Vlabel kwalificeert alle schenkingen van effecten en geldbeleggingen onder voorbehoud van vruchtgebruik als te onderwerpen aan erfbelasting op basis van artikel 2.7.1.0.7. V.C.F., indien de schenking niet werd onderworpen aan schenkbelasting.

Voormeld standpunt mist wettelijke basis. Artikel 2.7.1.0.7 V.C.F. en het standpunt van 21 maart 2016 kunnen ons inziens slechts toepassing vinden wanneer in een eerste fase fondsen worden geschonken en in een volgende fase door de schenker en de begiftigde samen wordt overgegaan tot een gesplitste aankoop.

Indien ouders een effectenportefeuille (die zij reeds in volle eigendom bezitten) schenken aan hun kinderen onder voorbehoud van vruchtgebruik, dan kan het standpunt van 21 maart 2016 ons inziens geen toepassing vinden, bij gebrek aan een voorafgaande schenking gevolgd door een gesplitste aankoop.

Hoewel het standpunt van Vlabel de rechterlijke toets ons inziens niet zal doorstaan, moet er rekening mee worden gehouden dat schenkingen onder voorbehoud van vruchtgebruik, gedaan vanaf 1 juni 2016, worden geviseerd door het uitgebreide standpunt van Vlabel.

Het standpunt is enkel van toepassing in het Vlaamse Gewest, i.e. kan slechts toepassing vinden indien de schenker – vruchtgebruiker overlijdt als ingezetene van het Vlaamse Gewest.

4 - Standpunt gesplitste inschrijving van delen in een burgerlijke maatschap

Bij standpunt van 26 april 2017 verklaart Vlabel artikel 2.7.1.0.7 V.C.F. eveneens van toepassing indien de effecten en geldbeleggingen, die gesplitst zijn ingeschreven, worden gehouden door een burgerlijke maatschap.

Vlabel beoogt bijgevolg ook de gesplitste inschrijvingen van delen van de burgerlijke maatschap / de gesplitste inschrijvingen van effecten en geldbeleggingen die door een burgerlijke maatschap worden gehouden, aan erfbelasting te onderwerpen indien geen schenkbelasting werd betaald.

De gesplitste inschrijving van de effecten of geldbeleggingen die door de burgerlijke maatschap worden gehouden blijkt uit:

  • De vermeldingen in het delenregister; OF
  • De vermeldingen in de documenten gehouden door de financiële instelling; OF
  • De zakenrechtelijke situatie van de effectenportefeuille of geldbeleggingen – Vlabel vermeldt hier als voorbeeld uitdrukkelijk de schenking met voorbehoud van vruchtgebruik hetzij van de effectenportefeuille, hetzij van de deelgerechtigdheden in de burgerlijke maatschap.

Indien de zakenrechtelijke situatie uit een schenking is ontstaan, moet worden bewezen dat deze schenking werd onderworpen aan schenkbelasting teneinde erfbelasting te vermijden.

Artikel 2.7.1.0.7 V.C.F. kan slechts toepassing vinden indien de achterliggende activa van de burgerlijke maatschap effecten of geldbeleggingen betreffen.

Het vervangen van de initiële effecten door andere met eenzelfde waarde (in kader van het beheer van de effectenportefeuille) wordt uiteraard niet als een nieuwe gesplitste inschrijving beschouwd.

Indien de vruchtgebruiker uitgekeerde opbrengsten aanwendt om nieuwe effecten te kopen die eveneens gesplitst worden ingeschreven, dan is wel opnieuw sprake van een gesplitste inschrijving waarop artikel 2.7.1.0.7 V.C.F. van toepassing is.

Indien de opbrengsten ingevolge een beslissing van de algemene vergadering niet worden uitgekeerd, dan wordt dit eveneens als een nieuwe gesplitste inschrijving beschouwd.

Het standpunt geldt voor alle gesplitste inschrijvingen gedaan vanaf 1 juni 2017.

Vlabel maakt zich in de pers sterk dat geen retroactieve werking wordt gegeven aan het standpunt, waardoor eerder gedane successieplanningen niet onderuit worden gehaald.

Echter, door de beslissing om opbrengsten niet uit te keren ook als een nieuwe inschrijving te aanzien, worden ook gesplitste inschrijvingen van voor 1 juni 2017 geraakt door het nieuwe standpunt van Vlabel.

Zoals hierboven gemotiveerd onder het standpunt van 21 maart 2016, kan het standpunt van 26 april 2017 ons inziens geen toepassing vinden indien ouders de delen van een burgerlijke maatschap (die zij reeds in volle eigendom bezitten) schenken aan hun kinderen onder voorbehoud van vruchtgebruik.

Hoewel ook het nieuwe standpunt van Vlabel de rechterlijke toets ons inziens niet zal doorstaan, moet er rekening mee worden gehouden dat schenkingen onder voorbehoud van vruchtgebruik van delen in een burgerlijke maatschap, gedaan vanaf 1 juni 2017, worden geviseerd door het nieuwe standpunt van Vlabel.

5 - Belastbare basis voor de erfbelasting.

Indien artikel 2.7.1.0.7 V.C.F toepassing vindt, i.e. indien het gesplitst gekochte goed / de gesplitst ingeschreven effecten en geldbeleggingen of delen van de burgerlijke maatschap onderworpen worden aan erfbelasting, dan bestaat de belastbare basis in principe uit de waarde van de volle eigendom van de goederen per de datum van overlijden.

De belastbare grondslag kan evenwel worden verminderd indien de schenker – vruchtgebruiker daadwerkelijk vruchtgebruik heeft genoten.

dotted_texture