21/06/18

Grondwettelijk Hof bevestigt: cliënt moet vrijuit met advocaat kunnen overleggen

De Orde van Vlaamse Balies is verheugd om kennis te nemen van het arrest van het Grondwettelijk Hof (GwH) van 21 juni 2018 (nr. 76/2018) waarin beslist werd tot de vernietiging van de wet van 29 januari 2016 betreffende het gebruik van videoconferentie voor de verschijning van inverdenkinggestelden in voorlopige hechtenis. 

Door de (persoonlijke) verschijning ook mogelijk te maken middels videoconferentie, en de kwalitatieve invulling hiervan over te laten aan de Koning, werden de advocatuur en de rechtzoekende geconfronteerd met een onduidelijk en onbillijk systeem waarin het recht op bijstand van een advocaat geenszins gegarandeerd werd.

Zo was het niet helder of een advocaat – fysiek – aanwezig kon of moest zijn bij een verschijning via videoconferentie, en bleek evenmin of de inverdenkinggestelde voorafgaand een vertrouwelijk overleg kon hebben. Bovendien wijst het Hof erop dat het aan de Koning toekennen van die bevoegdheid tot kwaliteitsinvulling een overschrijding is van zijn uitvoerende macht. 

Het Hof onderschrijft met die beslissing dat de wetgever een al te gemakkelijke oplossing gevonden had voor de problematiek van de persoonlijke verschijning. Het laat dan ook niet na om via talrijke verwijzingen naar Europese rechtspraak erop te wijzen dat de vernietigde wet de rechten van de verdediging en het eerlijk proces reduceerde tot een frul, en wijst – niet voor het eerst – op de cruciale rol van de advocaat in het kader van de rechtsbijstand. 

dotted_texture