15/01/20

Een stilzwijgend ontslag moet gepaard gaan met de wil om de arbeidsovereenkomst te verbreken

Een langdurig arbeidsongeschikte werknemer stuurt doktersattesten per e-mail naar de werkgever. Deze e-mails werden niet gelezen door de werkgever omdat ze terecht waren gekomen in de “ongewenste mail”. Na twee maanden van een veronderstelde onwettige afwezigheid, stelt de werkgever de stilzwijgende verbreking vast omwille van werkverlating. Het Arbeidshof van Luik, afdeling Namen oordeelt evenwel dat de e-mails van de werknemer aantonen dat deze niet de wil had om de arbeidsovereenkomst te verbreken.

De feiten

Een langdurig arbeidsongeschikte werknemer stuurt doktersattesten per e-mail naar de werkgever. Deze e-mails werden niet gelezen door de werkgever omdat ze terecht kwamen in de “ongewenste e-mail”.

Na een eerste aangetekende ingebrekestelling van de werkgever om zijn afwezigheid te verantwoorden, reageert de werknemer per e-mail. 

De werkgever nam opnieuw geen kennis van deze e-mail en stuurde de werknemer een tweede ingebrekestelling om zijn afwezigheid te rechtvaardigen. 

Na twee maanden veronderstelde ongewettigde afwezigheid, stelt de werkgever de verbreking van de arbeidsovereenkomst vast in hoofde van de werknemer, wegens “werkverlating”. 

De werknemer is van oordeel dat de werkgever ten onrechte het stilzwijgend ontslag heeft ingeroepen.

De beslissing van het Arbeidshof

Het Arbeidshof herinnert eraan dat, in tegenstelling tot wat het geval is bij een impliciet ontslag omwille van een eenzijdige wijziging van een essentiële arbeidsvoorwaarde, het stilzwijgend ontslag maar kan ingeroepen worden indien er sprake is van de wil om de arbeidsovereenkomst te verbreken.

Hoewel uit een werkverlating in bepaalde omstandigheden de wil tot verbreking kan afgeleid worden, is dit in deze zaak niet het geval. De werknemer had wel degelijk medische attesten bezorgd en had de werkgever zelfs verzocht om de dialoog aan te gaan omtrent de modaliteiten van de werkhervatting. Het was dus bewezen dat de werknemer niet de wil had om de arbeidsovereenkomst te verbreken, ook al heeft de werkgever pas nadien kennis gekregen van deze elementen.

De werkgever heeft ten onrechte het stilzwijgend ontslag ingeroepen en heeft daardoor zelf de arbeidsovereenkomst beëindigd, waardoor hij een opzeggingsvergoeding verschuldigd is.

Te onthouden?

Er kan maar sprake zijn van een stilzwijgend ontslag indien de werknemer ook de wil had om de arbeidsovereenkomst te verbreken.

Een voorzichtige werkgever zal de afwezige werknemer dan ook voorafgaandelijk trachten te contacteren en hem herhaaldelijk in gebreke stellen, alvorens zich op werkverlating te beroepen.

Bron: Arbh. Luik – afdeling Namen, 12 november 2019, A.R. nr. 2018/AN/151, onuitgeg.

dotted_texture